Brioche behoren tot de meest geliefde klassiekers uit de Franse baktraditie: zacht, boterig, licht zoet en heerlijk geurend. Hoewel traditionele brioche meestal lange rijstijden en precisietechniek vragen, bewijst dit recept dat het óók anders kan. Met een korte voorbereiding en een eenvoudige werkwijze krijg je luchtige, smeltende broodjes die bij de eerste hap meteen aan Franse patisserie doen denken. Perfect voor ontbijt, brunch of een zoete snack tussendoor.
Dankzij het gebruik van warme melk, zachte boter en een soepel deeg ontstaat een prachtige, zachte kruim die zelfs zonder beleg al onweerstaanbaar is. Toch zijn ze ook zalig met boter, jam, honing of chocolade. Een recept om keer op keer te maken!
Ingrediënten
- 300 g zachte tarwebloem (type 450 of 500 aanbevolen)
- 1 ei
- 150 ml warme melk
- 50 g suiker
- 7 g droge gist (of 25 g verse gist)
- 60 g boter (gesmolten en afgekoeld)
- Een snufje zout
- (Optioneel) 1 theelepel vanille-extract of citroenrasp
Voor het bestrijken:
- 1 eidooier
- 1 eetlepel melk
Bereidingswijze
1. Gist activeren (indien verse gist)
Los de verse gist op in de warme melk met 1 eetlepel van de suiker. Laat 10 minuten staan tot het mengsel begint te schuimen. Gebruik je droge gist? Dan kun je dit mengsel direct aan de bloem toevoegen zonder activering.
2. Deeg maken
Doe de bloem, zout, suiker, het ei, de warme melk (met of zonder gist), de gesmolten boter en de smaakmakers in een grote kom. Meng tot een soepel geheel. Het deeg zal in het begin iets plakkerig zijn, maar wordt snel glad.