Romige brandnetelsoep met eierhelften

Bereiding

1. Spoel de brandnetels zorgvuldig af onder stromend water. Door dit rustig te doen voorkom je dat de blaadjes kneuzen en kun je meteen eventuele aarde of kleine takjes verwijderen. Snijd vervolgens de grovere stukken van de stengels af zodat alleen de zachte delen overblijven.
2. Snipper de ui en hak de knoflook fijn. Verhit de olie in een ruime pan en fruit de ui en knoflook op een laag tot middelhoog vuur tot ze zacht en licht glazig worden. Hierdoor ontwikkelen ze een zoetige, milde smaak die goed past bij de frisse brandnetel.
3. Voeg de brandnetels toe en roer ze voorzichtig door de ui en knoflook. Laat ze enkele minuten meebakken totdat ze slinken en donkerder van kleur worden. Dit is het moment waarop de scherpe brandnetels veranderen in een zachte groente met een diepe groene tint.
4. Schenk het water in de pan en voeg de groentebouillon en de nootmuskaat toe. Roer alles goed door zodat de smaken zich kunnen mengen. Breng de soep zachtjes aan de kook en laat deze ongeveer 10 minuten doorkoken. In deze tijd worden de brandnetels volledig gaar en krijgt de soep zijn kenmerkende geur en smaak.
5. Mix de soep glad met een blender of een staafmixer. Doe dit in rustiger stappen zodat de soep een mooie, gladde textuur krijgt zonder spetters. Giet de gemixte soep terug in de pan en roer de kookroom erdoor. Proef en breng op smaak met zout en peper.
6. Bind de soep licht met maïzena. Begin met een kleine hoeveelheid, aangeroerd met een beetje koud water, en voeg dit langzaam toe terwijl je roert. Ga door totdat de soep precies de dikte heeft die jij prettig vindt; een iets dikkere soep zorgt voor een romiger mondgevoel.