Voor de rotisserie:
Het braadvocht van een gebraden kalkoen van 5,5 tot 7 kg (ongeveer 12 tot 375 ml vet en braadvocht)
500 tot 750 ml kalkoen- of kippenbouillon (een variant met weinig natrium wordt aanbevolen)
Voor de saus:
60 ml bloem voor alle doeleinden (of maizena voor een glutenvrije variant)
60 ml koud water of bouillon (om een vloeibare consistentie te verkrijgen)
1 klein takje verse tijm (of 1 ml gedroogde tijm)
1 laurierblad,
versgemalen zwarte peper naar smaak
Zout naar smaak (toe te voegen na het inkoken – het kookvocht kan al zout zijn!).
Geen braadvocht in huis? Gebruik 45 ml boter + 750 ml goede bouillon + 5 ml sojasaus voor een diepere smaak. Stap-voor-stap instructies
1. Verzamel en schep het kookvocht eraf.
Nadat de kalkoen uit de schaal is gehaald en heeft gerust, giet u het braadvocht in een vetseparator (of een maatbeker). Laat dit 5 minuten staan: het vet zal naar de oppervlakte drijven.
Meet 60 ml (¼ kopje) vet af (als je minder hebt, vul het dan aan met boter).
Bewaar het ontvette sap: het is een ware smaaksensatie!
Heb je geen vetseparator? Verwijder dan voorzichtig de bovenste vetlaag met een lepel, zodat alleen de donkere, smakelijke stukjes overblijven.
2. Bereid de roux (de aromatische basis) voor.
Verhit 60 ml kalkoenvet (of boter) in een steelpan op middelhoog vuur. Klop er 60 ml bloem doorheen. Kook het mengsel al roerend gedurende 2 tot 3 minuten, tot het licht goudbruin kleurt en een nootachtig aroma krijgt.
vervolg op de volgende pagina