2. De karamel maken
Doe het water en de suiker in een kleine pan en zet deze op middelhoog vuur. Roer niet: beweeg de pan indien nodig zachtjes zodat de suiker egaal karamelliseert. Wanneer de karamel een warme goudkleur heeft, haal je de pan van het vuur.
Wil je een romige karamel? Voeg dan de voorverwarmde room toe en roer snel door. Hierdoor wordt de karamel gladder en iets zachter van structuur.
3. Het dessert samenstellen
Verdeel de melkcrème over glazen of dessertbekers en laat deze afkoelen tot kamertemperatuur. Zet ze daarna minimaal 2 uur in de koelkast zodat de crème volledig kan opstijven.
Vlak voor het serveren giet je een dun laagje karamel over elk dessert. Door het temperatuurverschil wordt de karamel licht steviger, wat zorgt voor een mooi contrast met de zachte crème daaronder.
Serveren
Serveer het dessert goed gekoeld. Werk eventueel af met een snufje zeezout, een klein koekje, chocoladekrullen of verse bessen voor extra kleur en smaak.