Ik werkte in de nachtdienst, uitgeput maar dankbaar, totdat ik in de achteruitkijkspiegel keek en mijn man op de achterbank zag… met een andere vrouw. Ik bleef stil, terwijl ik zijn ondergang al aan het beramen was.
Ik dacht altijd dat ik geluk had dat ik Jason had.
Hij kwam in mijn leven toen ik op het hoogtepunt van mijn kunnen was: een goede baan bij een groot bedrijf, een appartement met twee slaapkamers in Brooklyn en een zoontje van vijf die Jamie heette.

En Jason… Hij was knap, charismatisch en tijdelijk dakloos.
« Het komt wel goed, we redden het wel », zei ik tegen mijn vriend toen hij bij ons introk.
« Je kent hem nauwelijks! », fluisterde ze.
« Hij accepteerde mijn zoon alsof hij zijn eigen zoon was. Dat is al meer dan ik had verwacht. »

Ik geloofde echt dat hij bijzonder was. Ik hielp hem via mijn contacten aan een baan. Hij boekte al snel « succes »: nieuwe pakken, een nieuwe auto en een jaar later – een huwelijksaanzoek.
« Je kunt je baan opzeggen, Abby. Concentreer je op Jamie. Ik zal voor ons zorgen, » zei hij overtuigend.
En ik geloofde hem.

In het begin was het leven echt goed. Maar zodra ik geen geld meer verdiende, veranderde alles. Jamie werd « een probleem », « te gevoelig », « niet de jongen die hij zou moeten zijn ».
En ik kreeg bijna nooit geld van Jason. Het was altijd « op de kaart », « nog niet verwerkt » en « wacht even ». Ik bleef stil.
Uiteindelijk begon ik ‘s nachts als taxichauffeur te werken, terwijl Jason « voor zaken » weg was.

Die avond kwam ik laat thuis en Martha, onze benedenbuurvrouw, stond al in haar roze badjas bij de deur te wachten.
« En, hoe ging het op je werk, lieverd? », vroeg ze, terwijl ze zachtjes door Jamie’s haar streek.
Hij sliep al en klemde zijn hond vast als een kussen.

« Beter dan niets, » zuchtte ik. « En jij… Hoe is het gegaan? »
« Oh, met hem – net als met de mijne. Geef me gewoon een kind en mijn dag heeft een doel. Ik heb nooit kleinkinderen gehad, dus Jamie is mijn kleine schat. »
« Jij bent onze beschermengel, Martha. Ik zou dit niet zonder jou kunnen. »

« En jouw Jason… » zei ze met een grimas. « Weet hij wel hoe moeilijk dit voor je is? »
« Hij weet het, » loog ik. « Hij is gewoon… druk met zijn werk. »
Maar in werkelijkheid bleek hij met iets heel anders bezig te zijn. Iets wat me aan al mijn keuzes deed twijfelen.

***
Het zou een normale dienst moeten zijn. Een typische oproep vanuit een restaurant in het centrum. Een man in een grijze blouse en een vrouw met felrode lippenstift kwamen binnen.