Pasta:
Kies in het begin voor grote, makkelijk vast te pakken pastasoorten: rigatoni, fusilli en conchiglioni, goed gaar en gekruid zodat ze makkelijker te hanteren zijn. Vermijd pasta die « al dente » is of lange, draadachtige vormen (spaghetti, linguine), die altijd ingekort moeten worden. Met een knijpgreep, en vooral als je eenmaal handiger bent met een lepel, worden zelfs kleine vormen zoals ditalini of stelline geschikt.
Zachte rauwe groenten en fruit
: Bananen in halve maantjes, rijpe peren of perziken in partjes gesneden, komkommerstaafjes met schil voor een betere grip.
Harde rauwe vruchten (appels, wortels): Eerst gestoomd en in staafjes gesneden; rauw, geraspt of in dunne plakjes gesneden.
Klein en rond: Druiven en cherrytomaten, altijd in kwartjes gesneden; gepureerde bosbessen.
Bladgroenten: Het lekkerst gekookt en fijngesneden, in frittata’s of omeletten, en dan in reepjes geserveerd.
Algemeen advies: Verwijder altijd pitten, zaden en vezels.
Met deze maatregelen wordt de maaltijd leuker, veiliger en stimulerender: de juiste snede is niet zomaar een detail, maar een waardevol hulpmiddel om verstikking te voorkomen en uw kind stap voor stap naar zelfstandigheid aan tafel te begeleiden.
Verdiana, de diëtiste van de familie
