13) De belofte die ik kon houden
Thuis plakte ik het briefje van meneer Hart in mijn kast, bij de maatbekers. Elke ochtend, terwijl de waterkoker warm werd, las ik dezelfde zin: Baby’s huilen omdat ze leven, en dat is een geschenk. Op de slechtste dagen liet ik het genoeg zijn. Op betere dagen klikte ik op de link op de kaart en stuurde ik mijn cv. Een partnerbedrijf nodigde me uit voor een gesprek met flexibele werktijden. Ik zei ja.
14) Wat ik leerde op 30.000 voet
Ik verliet dat vliegtuig niet met een fortuin of een krantenkop. Ik verliet het vliegtuig met iets wat je met geld niet kunt kopen: het bewijs dat fatsoen nog steeds bestaat, en dat de kalme keuze van één persoon een zware dag voor een vreemde kan verzachten. Als je een ouder in het vliegtuig, in een winkel of in de bus ziet – bied dan water, een glimlach, een extra doekje aan. Als jij die ouder bent, luister dan: je bent geen last. Je draagt de toekomst, en soms is die toekomst luidruchtig.
15) Epiloog: De nacht voordat hij één werd
De avond voor Ethans eerste verjaardag zat ik op de grond naast zijn wieg en vertelde hem het verhaal van de vlucht. « Een man gaf ons een stoel, » fluisterde ik, « en honderd stille helden maakten plaats voor ons. » Hij sliep met één hand op zijn wang – de hand van zijn vader, het gebaar van zijn vader – en ik liet de herinnering ons beiden omhullen. Mijn leven viel inderdaad uit elkaar. Toen hielpen mensen me stukje bij beetje een brug te bouwen. Niet uit luxe. Uit vriendelijkheid. En de rest van mijn dagen zal ik eroverheen en weer lopen voor iemand anders.